Stef Vanbilsen: “Landschapsarchitecten zijn verhalenvertellers”
Hoe ben je precies in de groensector terechtgekomen?
De liefde voor de natuur is er altijd geweest, die kreeg ik mee van mijn moeder en grootvader. We gingen vaak samen wandelen om de planten, insecten en dieren te bestuderen. Zij hebben me geleerd om de tijd te nemen, om stil te staan en te kijken. Onze tuin grensde aan het natuurgebied Dassenaarde, een fantastische omgeving om in op te groeien. Deze job was echter geen kinderdroom. Ik volgde architecturale vorming aan de kunsthumaniora en ging ervan uit dat daar architectuurstudies op zouden volgen, tot ik voor mijn eindwerk met MVRDV-architecten in aanraking kwam en zag wat ze deden op vlak van openbare ruimte en stedenbouw. Ik bezaaide mijn maquettes altijd al rijkelijk met bomen en groendaken, tot grote ergernis van mijn leerkrachten, dus het was een opluchting om te beseffen dat ik mijn beide passies – tekenen en de natuur – kon combineren in de studie landschaps- en tuinarchitectuur.
Intussen ben je afgestudeerd als landschaps- en tuinarchitect, maar je startte al tijdens je studies je eigen bureau op?
Ongeveer anderhalf jaar geleden heb ik Landloper landschappen opgericht. Ik deed links en rechts al wat projecten en voelde al een tijdje dat ik wel graag voor mezelf wilde werken omdat je dan helemaal je eigen filosofie kunt volgen, en dan haal je toch veel meer energie uit je werk. De opstart zelf was niet gemakkelijk. Gelukkig wist mijn schoonvader veel van de zakelijke kant van het verhaal en kon hij me wegwijs maken, want op één vak na kwam dit in de opleiding niet echt aan bod. De inspiratie voor de naam kwam van een schilderij dat ik ooit in het Musée d’Orsay zag: Les Chemineaux van Jules-Alexis Meunier. Er staan twee mannen op, de ene drinkt uit de rivier terwijl de andere peinzend naar de lucht kijkt. Ik herken er mezelf en mijn aanpak in. Landschapsarchitecten of tuinaannemers zijn eigenlijk ook voor een stuk kunstenaars. We creëren iets. We brengen verschillende disciplines samen: natuur, architectuur, ecologie, sociologie en filosofie. Eigenlijk zijn we echte verhalenvertellers.
Wat voor projecten doe je met Landloper landschappen?
Enerzijds tuinen met een landschappelijk karakter en anderzijds ook wat grotere openbare projecten, maar daarvoor werk ik op projectbasis samen met landschapsarchitect Ronald van der Hilst. Zo kon ik bijvoorbeeld meewerken aan de tuin van het Museum Hof van Busleyden in Mechelen. In mensen hun tuin aan de slag gaan en hen helpen om hun droom te realiseren, geeft me veel voldoening. Het is toch een andere soort connectie dan wanneer je bijvoorbeeld met een stadsbestuur samenwerkt. Nu ben ik in een tuin met grote hoogteverschillen aan het werk, en daar blijkt ijzerzandsteen in de grond te zitten. De bewoners hadden er geen idee van dat ze op zo’n bijzonder terrein woonden. De combinatie van kleinere en middelgrote projecten bevalt me momenteel heel goed. Op die manier kan ik het blijven combineren met mijn studies.
Je besloot ook je master stedenbouw- en ruimtelijke planning te halen. Vanwaar die keuze?
Om toch nog beter te begrijpen welke plaats we kunnen innemen in een landschap. Je kunt nog zoveel plantenkennis hebben en de mooiste ontwerpen maken, als je niet weet welke wetgeving er van toepassing is, kan je het voor hetzelfde geld nooit realiseren. Het is druk, maar de combinatie studeren en werken wordt gelukkig wel aangemoedigd dus mits een goede planning zou het wel haalbaar moeten zijn, al hou ik mezelf nog lang niet altijd aan mijn eigen planning.
Wat inspireert jou? Naar wie kijk je op?
Ik kijk heel erg op naar het werk van Dan Pearson. Dichter bij huis heeft één van mijn docenten me een zin meegegeven die is blijven hangen. Hij zei: ‘water heeft tijd’, en sindsdien neem ik dat mee in elk project. Misschien moeten wij mensen ook wat meer als water zijn. Cyclisch leven, tijd maken voor elkaar, vertragen. En landschappen creëren die de tijd krijgen, want in tegenstelling tot architectuur is een landschap niet klaar zodra het is aangelegd. Het evolueert doorheen de jaren en groeit met zijn omgeving mee. Als mens zijn we de natuur gaan domineren. Er zou weer meer aandacht moeten komen voor de landschapsvormende lagen zodat we terug robuuste landschappen krijgen. Daar kan dan gerust een menselijke en meer variabele laag op komen, voor wonen, werken of recreatie, maar altijd rekening houdend met de natuurlijke lagen daaronder.
Het ideale landschap, hoe ziet dat er voor jou uit?
Het bestaat uit verschillende landschappelijke lagen die heel natuurlijk op elkaar volgen. De overgangen tussen de hoogte, het water, de bodem, de vegetatie en dieren… je voelt dat elke laag klopt. Je merkt weinig van menselijke inmenging, al hebben er natuurlijk wel veel mensen aan meegewerkt.
In welke mate lig je wakker van de klimaatverandering?
Het bezorgt me zeker stress, maar ik laat het me niet verlammen door mee te werken aan een positieve verandering en zoveel mogelijk mensen te inspireren. We zouden nog veel meer moeten werken met gerecupereerde materialen, en ook met planten die zonder pesticiden of kunstmest gekweekt worden. Anders krijg je luie planten die niet bestand zijn tegen de klimaatverandering.
Vind je die gemakkelijk of bespeur ik daar een mogelijk nevenproject?
Ik zou het wel fijn vinden om binnen een jaar of vijf ook een kleine kwekerij te hebben. Landloper landschappen mag dan ook uitgroeien tot een wat groter bureau waar een paar gepassioneerde mensen elk vanuit hun eigen expertise hun schouders onder zetten. De een is dan misschien meer gespecialiseerd in planten en de ander in water. Geen traditioneel bedrijf met een top-down structuur dus, maar een plek waar we vanuit gelijkheid kunnen samenwerken.
Stef Vanbilsen:
- Leeftijd: 22
- Studies: landschaps- en tuinarchitectuur en stedenbouw- en ruimtelijke ordening
- Favoriet landschap: De Cotswolds in Engeland, met zijn mooie hagen, heggen en houtkanten.
- Favoriete boom of plant: De Cornus mas met zijn gele bloempjes die al in februari bloeien. In de herfst draagt hij mooie rode bessen waar je lekkere confituur van kunt maken. De vogels eten die ook heel graag. Hij kan tegen een stootje en groeit zelfs op zandgrond.
- Hobby’s: Op reis gaan met ons omgebouwde busje. Ik jog ook en vind het dan fijn om mensen te observeren. Ik word er rustig van.
- Ideale reisbestemming: Overal waar onze camper ons brengt. Momenteel staat Zweden bovenaan onze lijst droombestemmingen.
- Bovenaan de bucketlist: Experimenteren met sinusbeheer, een vorm van maaibeheer die de biodiversiteit ten goede komt.